Eind februari/begin maart 2024 is het boerderijtje aan de Soetendaalseweg gesloopt. Daarmee is een stukje geschiedenis van Bennekom verdwenen. Vele mensen hebben door de jaren heen met een nostalgische blik naar het boerderijtje gekeken. Vaak werd gezucht ‘als ik geld genoeg had….’.
Als buren vinden we het jammer dat het pand tegen de vlakte is gegaan, maar er viel weinig meer te redden. Restaureren zou een zeer kostbare zaak zijn.

Onder de foto’s het verhaal van Janny Bloembergen-Lukkes, zij deed onderzoek naar de bouw en bewoningsgeschiedenis van dit markante boerderijtje.

de afbraak maart 2024

foto links: Gerrie van Roekel

Willem en Gerritje van Roekel met de hooiberg op de achtergrond circa 1905

Willem van Roekel en zijn vrouw Gerritje van Holland achter de boerderij met drie dochters
circa 1905

Gerritje van Roekel-Van Holland met de kinderen circa 1924

circa 1950

Hoe oud was het boerderijtje nu? Uit archiefonderzoek is gebleken dat in ieder geval in 1884 al een pand op het perceel stond. Uit de verzekeringspapieren die bewaard zijn gebleven blijkt dat J.J. Mekking in 1908 dit pand tegen brand heeft verzekerd. Dit betekent dat hij vrijwel zeker de eigenaar was. In 1910 kwam de Bennekommer Willem van Roekel er wonen. Een jaar later trouwde hij met Gerritje van Holland.

In 1912 kregen de gebroeders Mekking vergunning voor het realiseren van ‘een gebouw’. Blijkbaar is het oude pand hiervoor gesloopt. Maar wat hield ‘een gebouw’ in? De bouwtekening maakt duidelijk dat het om een klein boerenbedrijf ging. Het woonhuis bevatte een kamer en een keuken. De keuken lag rechts van de voordeur gescheiden door een klein portaal. In het keukentje zat ook de toegang tot de kelder en tot het opkamertje boven de kelder. Het water kwam uit een houten pomp die voor het huis stond boven op een welput. 

circa 1955

Links van de voordeur lag de woonkamer met tegen de zuidmuur twee bedsteden. Vanuit de keuken kwam je op de deel, met links het privaat en een varkenshok. Rechts achterin was een kleine koeienstal. Op de deel kon je met een trap naar de zolder op het voorhuis. Het dak was opgetrokken uit sparrenstammen en onder de pannen zaten strodokken. De pannen op het voorhuis waren beschoten met planken met daarop weer strodokken. Geen overbodige luxe, de zolder zou al snel gebruikt worden als slaapvertrek. Willem en Gerritje kregen negen kinderen, zeven meisjes en twee jongens; de twee bedsteden waren al snel te klein.

Volgens de verzekeringspapieren werd er in 1917 geen bedrijf uitgeoefend, maar werden er varkens en geiten gestald en er was een opbergplaats voor ‘het benoodigde voer’. De verzekering is in dat jaar overgegaan op P. Mekking, een van de twee broers die het boerderijtje hebben gebouwd. In 1920 heeft Willem van Roekel het huis met tuin, in totaal 29 are groot gekocht voor vierduizend gulden. De koopsom werd deels meteen voldaan, voor het overige deel verstrekte de koper, P. Mekking, een hypotheek. De aflossing moest jaarlijks aan huis worden voldaan. De brandverzekering ging over op Van Roekel. In 1934 vermelden de verzekeringspapieren dat er sprake is van een klein landbouwbedrijf met daarbij een overkapte hooiberg.

Van de negen kinderen bleef Gerrit Jan van Roekel, geboren in 1924, thuis wonen. Na zijn huwelijk met Neeltje Toonen in 1952 werd voor het nieuw getrouwde stel een eigen woning opgetrokken tegen de zuidkant van het huis.

Het verhaal van Gert van Roekel (20 dec. 1924 – 15 juni 2022) is in 2016 opgetekend door Ineke Knoppers en Aalt Jacob Welgraven en gepubliceerd in Bennekommers – verhalen deel 1

 

Er is een bouwvergunning bewaard gebleven, maar geen bouwtekeningen. Er werd een kamer, een keuken en een zolderkamer aangebouwd. De zolderkamer lag boven de woonkamer en had een toegang vanaf de oude zolder. De keuken kreeg een plat dak. De nieuwe nok kwam haaks op de oude te liggen. De aanbouw werd voor een deel als het ware vanaf de zijkant in het oude huis geschoven. Hierdoor verdwenen de bedsteden in de oude voorkamer en het privaat op de deel. Op de deel kwam een watercloset. Waarschijnlijk werd in dezelfde tijd ook de oude keuken verhuist naar de deel. Er hoefde hiervoor alleen een muurtje tussen stalmuur en achtermuur van het voorhuis opgetrokken te worden. In de oostmuur zat al een raam, waarschijnlijk is toen dit raam vergroot en het dak boven de keuken is iets opgetrokken om meer licht en staruimte te verkrijgen. In 1954 wordt achter het huis een schuur gebouwd. Er was in de loop van de tijd achter het huis meer weidegrond verkregen en er konden vier koeien gehouden worden. In 1970 overleed Willem van Roekel.

In 1973 werd met de Halderbrink wijk begonnen. Hiervoor werd het achter het boerderijtje gelegen weiland onteigend. Gelukkig konden daarna de koeien zomers naar het weiland bij de Soetendaal. In 1979 overlijdt ook Gerritje van Roekel. Gerrit en Neel blijven met hun dochter in hun deel van het huis bewonen, er verandert weinig. Wel kwam er op de deel een douche met geiser. In de winter bevroren de leidingen vrij snel, ze waren tegen de steens buitenmuur aangelegd. In dat geval werd het water de douche afgesloten en moest het warme water uit de fluitketel komen. 

Na het huwelijk van zijn dochter en later het overlijden van zijn vrouw in 2008 blijft Gerrit op zijn stee. De moestuin werd tot zijn 95ste jaar elk jaar op tijd omgespit en ingezaaid. Het huis kreeg waar nodig een lik verf, en als het dak lekte dan werd de ladder gepakt en oud of niet, Van Roekel klom het dak op voor de nodige reparaties. Op 15 juni 2022 overleed Gerrit van Roekel, 97 jaar oud. Zoals verwacht kwam er al vlot een koper voor huis en tuin. Een van de weinige overgebleven boerderijtjes uit het dorp ging in februari/maart 2024 tegen de vlakte. Er komen drie levensloopbestendige huizen voor in de plaats.

Maart 2024, Janny Bloembergen-Lukkes

Met dank aan het Gerrie van Roekel, Documentatiecentrum HVOB, Dick Rintjema, Arno de Gooijer en Jan van Eck voor de foto’s, filmpje Janny Bloembergen-Lukkes